Volksgezondheid rechtvaardigt accijns op nieuwe tabaksproducten
woensdag 25 september 2024
Een arrest van het Europees Hof van Justitie onderstreepte nog eens dat een beroep op de volksgezondheid accijnsheffingen op ‘nieuwe’ tabaksproducten rechtvaardigt. Toch laten verschillen in nationale accijnsregimes zien dat snelle herziening van de tabaksaccijnsrichtlijn wenselijk is.
Door de webredactie
Het Europees Hof van Justitie stelde in maart van dit jaar vast dat een extra accijns op verhitte tabak in Duitsland niet in strijd is met het Europees recht. Dat ontdekte de Franse antitabaksorganisatie Génération Sans Tabac (GST) afgelopen week. Het Europees Hof besloot in antwoord op prejudiciële vragen van de rechtbank in Düsseldorf dat de extra accijns geoorloofd is in het licht van bescherming van de volksgezondheid.
In 2021 heeft de Duitse federale regering een hervorming van de tabaksaccijns doorgevoerd, die in 2022 van kracht werd. Onder de nieuwe regels werd het accijnsregime aangepast aan de opkomst van nieuwe rookwaren, met name verhitte tabak en e-sigaretten. Sindsdien geldt voor e-sigaretten een vloeistof-accijns die stapsgewijs wordt verhoogd van 16 cent per milliliter naar 32 cent/ml in 2026. Per 1 januari van dit jaar is het tarief 20 cent/ml. De accijns geldt zowel vloeistof met als zonder nicotine. De Bündnis für Tabakfreien Genuss (BfTG, Alliantie voor Tabaksvrij Genieten) noemt volgens een e-sigaretaanbieder de belasting ongrondwettelijk en heeft een klacht ingediend bij het federale Constitutionele Hof, waar mogelijk dit jaar nog een uitspraak van is te verwachten.
Philip Morris vocht extra accijns aan
Vóór de aanpassing van de accijns gold voor verhitte tabak hetzelfde accijnstarief als voor pijptabak, waardoor de smeltsigaretten aanmerkelijk goedkoper waren dan traditionele sigaretten. Sinds 2022 geldt voor verhitte tabak een extra tarief, waardoor de accijns hierop uitkomt op 80 procent van de accijns op traditionele sigaretten. In de accijnsregeling zijn ook al accijnsverhogingen voor sigaretten opgenomen in 2025 en 2026. De belasting op verhitte tabak beweegt daar automatisch in mee.
Een dochteronderneming van Philip Morris International in Duitsland, f6, vocht de extra belasting bij de rechtbank in Düsseldorf aan met het argument dat deze in strijd zou zijn met de Europese wetgeving op dit gebied. De rechtbank vroeg vervolgens aan het Hof van Justitie in Luxemburg om deze zaak te beoordelen.
EU Hof: verhitte tabak ook schadelijk
In het arrest van 14 maart 2024 besloot het Hof dat de Duitse heffing van extra accijns op verhitte tabak in overeenstemming is met het Europees recht. Die extra heffing is namelijk met een speciaal doel ingevoerd, dat neerkomt op bescherming van de volksgezondheid. Bovendien oordeelde het Hof dat het verschil tussen verhitte tabak en traditionele sigaretten geen aparte fiscale behandeling rechtvaardigt. Zeker niet, omdat het Hof schrijft dat verhitte tabak “eveneens schadelijk voor de gezondheid is” (punt 41 in het arrest). In lijn met dit arrest wees de rechtbank in Düsseldorf op 15 mei de klacht van f6 vervolgens af.
Accijns in België en Nederland
In België gelden sinds januari van dit jaar voor verhitte tabak dezelfde accijnstarieven als voor shag en andere soorten rooktabak: 31,5 procent van de kleinhandelsprijs en 136 euro per kilo ad valorem accijns. Voor e-sigaretten berekenen de zuiderburen een specifieke accijns van 15 cent per milliliter.
In Nederland wordt ook accijns geheven op verhitte tabak, zo blijkt uit berichtgeving op de website van de Rijksoverheid, waarin de accijnsverhoging op tabak per 1 april 2024 wordt genoemd. “Ook voor andere producten, zoals sigaren, shag, volumetabak en heatsticks gaat de accijns omhoog”, staat er te lezen. De hoogte van de accijns op heatsticks (verhitte tabak) is echter niet gemakkelijk te vinden op overheidswebsites. Het Handboek Accijns op de website van de Belastingdienst bevat in het hoofdstuk Tabak, bijgewerkt tot 6 juni 2020, onder de paragraaf Bijzondere tabaksproducten merkwaardig genoeg een aparte vermelding van ‘Ploom’, een apparaat voor verhitte-tabaksproducten van Japan Tobacco International. Daarin wordt vermeld dat de ‘capsules’ (bedoeld is de heatsticks) onder de definitie van rooktabak in de Wet op de Accijns vallen (artikel 32, lid 2). Daaronder vallen ook shag, pijptabak en waterpijptabak Dat betekent dan dat verhitte tabak in Nederland per 1 april van dit jaar voor een ad valorem-tarief van 364,98 euro per kilogram wordt aangeslagen.
Verbruiksbelasting op e-vloeistof
Verder wordt in ons land gewerkt aan invoering van een verbruiksbelasting op e-vloeistoffen. Zo’n belasting werd al in 2020 voorgesteld in een verkenning van mogelijke bouwstenen voor herziening van het belastingstelsel (p. 38). In 2022 wilde de regering met invoering daarvan wachten op nieuwe regelgeving vanuit Brussel. In 2023 gaf toenmalig staatssecretaris Van Ooijen (VWS) aan dat de regering nu toch begon te denken aan nationale invoering van een verbruiksbelasting, omdat Europese wetgeving nog lang op zich liet wachten. Kort daarna liet zijn collega op Financiën, Van Rij, de Kamer weten dat zo’n verbruiksbelasting niet mogelijk zou zijn voor 2026.
Alle verschillen in regelgeving in Europa maken duidelijk dat de Europese Unie zo snel mogelijk met de herziening van de richtlijn voor tabaksaccijns aan de slag moet gaan. Behalve regels voor de nu al bestaande ‘nieuwe’ nicotineproducten, zou daarin een bepaling moeten worden opgenomen die ook accijnsheffing op toekomstige, vooralsnog onbekende, producten toestaat.
tags: tabaksaccijns | Europese tabaksrichtlijn | Europees Hof | verhitte tabak | accijnsverhoging | accijns