Wildgroei aan tabaksverkoop dreigt, vergunningstelsel is noodzaak
Dossier: Verkooppunten
woensdag 01 februari 2023
VWS houdt rekening met de mogelijkheid dat bouwmarkten of kledingwinkels straks de tabaksverkoop van supermarkten overnemen. Alleen met een vergunningstelsel kan de overheid grip houden op de tabaksverkoop, schrijft Wanda de Kanter in Trouw. ‘Het gaat erom dat jongeren niet op elke staathoek met rookwaar worden geconfronteerd.’
Door de webredactie
Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) houdt er rekening mee dat na het ingaan van het verbod op tabaksverkoop voor supermarkten in juli 2024, andersoortige winkels als bouwmarkten of kledingzaken tabak zullen gaan verkopen. In de wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit, dat het verkoopverbod in supermarkten regelt, zijn die omschreven als “verkooppunten bedoeld voor de verkoop aan particulieren en waarvan het assortiment in overwegende mate uit eet- en drinkwaren als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van de Warenwet bestaat.”
In correspondentie hierover met Koninklijke Horeca Nederland (KHN), die openbaar is gemaakt in het kader van transparantie over contacten van de overheid met de tabaksindustrie, vraagt KHN: “Dus de bouwmarkt en de kledingwinkel mogen straks tabak verkopen?” Op 10 januari 2022 antwoordt een medewerker van VWS: “Het is inderdaad mogelijk dat andere verkooppunten zullen overgaan tot de verkoop van tabak. We zullen dit de komende jaren monitoren.”
KHN stelde vragen over het besluit omdat het verkoopverbod vanaf juli 2024 ook gaat gelden voor horeca waar geen alcohol wordt verkocht.
‘Handhaving wordt onmogelijk’
In een opinieartikel in Trouw reageert Wanda de Kanter, voorzitter Rookpreventie Jeugd, geschokt op dit nieuws. “Dit betekent dat elke bouwmarkt, kledingwinkel, computerwinkel en kapperszaak kan besluiten om tabak te gaan verkopen om daarmee klanten naar zich toe te trekken”, schrijft zij. “De handhaving van de leeftijdsgrens en het uitstal- en reclameverbod is dan helemaal niet meer te doen. Kinderen hebben gauw genoeg in de gaten bij welke winkel ze makkelijk aan tabak kunnen komen. Wij pleiten al veel langer voor een vergunningstelsel voor tabaksverkoop. Dat is de enige manier om een effectieve controle op verkoop van tabak en andere nicotineproducten uit te kunnen oefenen.”
Groot draagvlak voor vergunningstelsel
In een brief aan leden van de Tweede Kamercommissie voor VWS beschreef Rookpreventie Jeugd nog eens de voorwaarden waaraan zo’n vergunningstelsel voor tabaksverkoop moet voldoen:
“1. verkoop nicotine-houdende rookwaren alleen in verkooppunten waar alléén tabaksartikelen mogen worden verkocht
2. verkooppunten niet in de buurt van scholen
3.een beperkt aantal verkooppunten
4. verkooppunt alleen toegankelijk met een ID > 18 jaar
5. ook e-sigaretten, vapes en aanverwante producten vallen onder het tabaksvergunningstelsel.
6. Een deugdelijke handhaving van deze regels.”
In de brief wordt verder verwezen naar het grote maatschappelijke draagvlak (72 procent) voor de stelling dat de verkoop van tabak beperkt moet worden tot tabaksspeciaalzaken die alleen rookwaren verkopen.
“Een vergunningstelsel is de enig werkbare oplossing tegen steeds weer nieuwe sluipwegen van de nicotine-industrie om hun producten te slijten”, schrijft De Kanter. “VWS gaat vanaf 2024 monitoren hoeveel nieuwe verkooppunten erbij komen, maar van regulering is geen sprake. Alleen met het uitgeven van verkoopvergunningen kan de overheid in de hand houden waar en hoeveel verkooppunten er komen. Het gaat daarbij met name om de bescherming van jongeren, die niet op elke straathoek in de verleiding moeten komen om met roken te beginnen.”
Gemiddeld 3 tabakswinkels rond scholen
Onderzoekers van de afdeling Sociale Geneeskunde van Amsterdam UMC kwamen eerder ook al tot de conclusie dat zonder een vergunningstelsel tabak te makkelijk bereikbaar blijft voor jongeren. Gemiddeld hebben middelbare scholen in steden binnen 500 meter 3,3 tabaksverkooppunten, kwam uit dat onderzoek. Het aantal verkooppunten rond vmbo-scholen is het hoogst: vmbo-leerlingen worden 2,6 keer vaker blootgesteld aan tabaksverkooppunten rond school dan havo- of vwo-leerlingen. Nederland zou met de invoering van een vergunningstelsel niet uniek zijn in Europa: Finland, Hongarije, Frankrijk, Italië en Spanje werken al met een vergunningplicht voor tabaksverkoop.
‘Tabakswinkels dienen leefbaarheid’
Al langer is duidelijk dat supermarkten die in juli 2024 de tabaksverkoop moeten opgeven in de nabijheid van hun winkels aparte tabakszaken openen. Uit openbaar gemaakte correspondentie met NSO Retail, de brancheorganisatie van tabaks- en gemakszaken, blijkt dat deze organisatie die ontwikkeling van harte stimuleert, met het argument dat de gemakswinkels bijdragen aan de leefbaarheid in kleine kernen als daar gevestigde supermarkten geen tabak meer mogen verkopen: “Het opstarten van een tabaks- en gemakswinkel kan in deze situaties belangrijk zijn en een oplossing bieden voor de leefbaarheid van deze kleine kernen”, schrijft de organisatie in een reactie op het SEO Onderzoek van eind 2021 naar het beperken van het aantal verkooppunten van tabak. “NSO Retail en de bij haar aangesloten winkelformules willen graag oplossingen vinden samen met ondernemers van bijvoorbeeld de supermarkten en/of pompshops in deze gebieden. Hier ligt een uitdaging die wij graag oppakken samen met deze branches.”
NSO Retail redeneert vervolgens dat die nieuwe winkels tien jaar nodig zullen hebben om de investeringen terug te verdienen, in de visie van de branchevereniging dus tot 2035, tien jaar na het ingaan van het supermarktverbod.
Bewindspersonen gaan niet meer in gesprek
Is dit de basis geweest voor de beslissing om tabaks- en gemakszaken nog tot 2032 toe te staan rookwaren te verkopen, zoals staatssecretaris Van Ooijen (VWS, CU) in december bekendmaakte in zijn brief over het tabaksbeleid? Wie zal het zeggen. Een gesprek met Van Ooijen en minister van Economische Zaken Micky Adriaansens (VVD), zoals NSO graag wil, wordt echter resoluut van de hand gewezen onder verwijzing naar artikel 5.3 van het Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO-FCTC). Dat artikel bepaalt dat elke vorm van beïnvloeding van het beleid door de tabaksindustrie moet worden vermeden.
NSO protesteert in haar brief tegen deze uitleg van het Kaderverdrag: “Hoewel wij natuurlijk geen tabaksindustrie zijn of vertegenwoordigen gelden deze regels kennelijk wel voor ons. Hiermee is Nederland uniek in de wereld. Normaal wordt gewoon met de retail organisaties gesproken ook als het om tabaksverkoop gaat.” Ook voert de organisatie aan dat zij in december 2020 wel een gesprek heeft gehad met de toenmalige staatssecretarissen Paul Blokhuis (VWS, CU) en Mona Keijzer (EZ, CDA).
In reactie hierop schrijft VWS dat destijds nog sprake was van overleg met supermarkten en de brancheorganisaties van pompstations en tabaks- en gemakszaken over vrijwillig stoppen met de verkoop van tabak. Die gesprekken zijn op niets uitgelopen en nu er sprake is van wetgeving, is overleg met de tabaksindustrie en partijen die daarmee verbonden zijn niet meer mogelijk, aldus VWS.
Reactie ministerie van VWS
De vaste woordvoerder van staatsecretaris Van Ooijen schrijft in antwoord op vragen van TabakNee:
“In de huidige wetgeving zijn maar weinig restricties voor de verkoop van sigaretten. Daar gaan we nu juist een einde maken met de stapsgewijze invoering van verkoopverboden. Eerst een verbod voor online winkels dit jaar. En dan in 2024 alle bedrijven die voornamelijk levensmiddelen verkopen (supermarkten en horeca). En dan vanaf 2030 een verbod voor alle verkooppunten behalve gemakszaken en speciaalzaken. En dan vanaf 2032 alleen nog verkoop door speciaalzaken.
Zoals aangekondigd door staatssecretaris Van Ooijen in de Kamerbrief eind vorig jaar komt er een verplicht registratiesysteem voor alle verkooppunten. Zodat we kunnen monitoren of en hoe de markt verandert en ook kunnen bepalen of er extra actie nodig kan zijn om bij te sturen.
En dat nieuwe registratiesysteem is ook bedoeld om de inspecties eenvoudiger te maken. Als elk verkooppunt verplicht is geregistreerd, kan de NVWA beter en gerichter controleren op o.a. leeftijdsgrens, uitstal- en reclameverbod.
Overigens hebben wij geen signalen dat bouwmarkten, kledingwinkels, kapperszaken, etc. interesse hebben in de verkoop van tabak. Ook omdat er een hoop gedoe bij komt kijken, de winstmarges heel beperkt zijn en er over enkele jaren een verkoopverbod geldt voor alle winkels behalve gemaks- en speciaalzaken en vanaf 2032 alleen voor speciaalzaken. Een nieuwe factor daarbij is ook dat e-sigaretten vanaf 2025 alleen nog maar in speciaalzaken verkocht mogen worden. Dat verbod maakt het opstarten van een nieuw verkooppunt minder aantrekkelijk.”