VNO-NCW kan niet tegelijkertijd tabaksbranche en zorgorganisaties dienen
woensdag 14 oktober 2020
Het is ontluisterend dat werkgeversvereniging VNO-NCW de hindermacht van de tabaksindustrie in stand houdt door in Den Haag te lobbyen voor afzwakking van het tabaksontmoedigingsbeleid. Ziekenhuizen en andere leden van de ondernemersorganisatie moeten VNO-NCW tot de orde roepen, vindt voorzitter René Medema van het Nederlands Kanker Instituut.
Door de webredactie
Kunnen ziekenhuizen, zorgverzekeraars, jeugdzorginstellingen, universiteiten en hogescholen het nog langer toestaan dat VNO-NCW, waar ze allemaal via hun brancheverenigingen lid van zijn, namens de tabaksindustrie lobbyt om het tabaksontmoedigingsbeleid van de overheid te frustreren?
Die vraag is weer actueel sinds uit onderzoek van de The Investigative Desk bleek dat de werkgeversorganisatie bij de VVD heeft gelobbyd voor het afzwakken van antitabaksmaatregelen in het Nationaal Preventieakkoord. Met succes, zo bleek uit het op Follow The Money gepubliceerde artikel: voor iedere accijnsverhoging na 2020 moet eerst worden geëvalueerd welke effecten de vorige verhoging heeft gehad, de uitzondering op het uitstalverbod van tabak is uitgebreid met 150 bestaande kleine zaken met meer dan 75 procent omzet uit tabaksproducten, en neutrale verpakkingen voor e-sigaretten en sigaren zijn op de lange baan geschoven.
‘Echt geschrokken’
Dit betekent dat terwijl VNO-NCW de belangen van de tabaksindustrie meende te moeten behartigen, zij de belangen van andere leden in de sectoren zorg, jeugdbegeleiding en onderwijs juist schade toebracht. “Het is ontluisterend te zien dat de hindermacht van de tabaksindustrie achter de schermen toch weer heeft kunnen toeslaan. Daar ben ik echt van geschrokken”, zegt René Medema, voorzitter van de Raad van Bestuur van het Nederlands Kanker Instituut (NKI) Antoni van Leeuwenhoek. “Ik vind dat VNO-NCW zich niet moet laten verleiden om voor de tabaksindustrie lobbyactiviteiten uit te voeren.”
Duurzaam en welvarend
VNO-NCW afficheert zich als een ondernemersorganisatie die zich hard maakt voor een excellent ondernemings- en vestigingsklimaat. De organisatie vertegenwoordigt via aangesloten brancheverenigingen 185.000 bedrijven uit alle sectoren, die met elkaar goed zijn voor 90 procent van de private werkgelegenheid in Nederland. “Met als doel: ruimte voor ondernemerschap”, schrijft VNO-NCW op haar website. “Zodat Nederland wereldwijd herkend wordt als duurzame en welvarende economie.”
‘Duurzaam’ en ‘welvarend’ zijn woorden die zich moeilijk laten rijmen met de dodelijke tabaksindustrie, waar VNO-NCW niettemin hartstochtelijk voor lobbyt. In het verleden betoonde VNO-NCW zich vaker een gedreven pleitbezorger voor de Nederlandse tabaksindustrie, die via de Vereniging Nederlandse Sigaretten- en Kerftabakfabrikanten (VSK) en de Nederlandse Vereniging voor de Sigarenindustrie NVS bij VNO-NCW is aangesloten.
Steeds weer trachtte VNO-NCW namens deze organisaties bij de overheid invloed uit te oefenen op het tabaksontmoedigingsbeleid (zie ons dossier De tabakslobby in Nederland). Langs deze ‘sluiproute’ wist de tabaksindustrie zo keer op keer de bepalingen van artikel 5.3 van het Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO-FCTC) te omzeilen.
‘Wij willen tabak terugdringen’
René Medema reageert verontwaardigd. “VNO-NCW vertegenwoordigt een heel brede groep van ondernemingen”, zegt hij. “Via de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) zijn wij er ook bij aangesloten. Heel veel ziekenhuisbestuurders hebben anderhalf jaar geleden hun steun uitgesproken voor de rechtszaak die gevoerd is om de tabaksindustrie voor de strafrechter te krijgen. Eigenlijk hebben al die organisaties duidelijk gemaakt: wij willen tabak terugdringen. Dus al die organisaties zullen zich ongetwijfeld, net al ik, geërgerd hebben aan het feit dat een organisatie waar wij bij aangesloten zijn, zich dan toch inzet om die hindermacht in stand te houden.
“Ik denk dat het goed is als de NVZ, maar ook andere werkgevers die aangesloten zijn bij VNO-NCW en die hier een heel andere mening over hebben, zich uitspreken, zodat de top van die organisatie zich niet meer laat verleiden om het belang van de tabaksindustrie te dienen. Ik heb er zelf een heel duidelijke mening over: Ik vind dat VNO-NCW dat niet moet doen.”
Eerdere stellingname
Medema neemt hiermee het duidelijkst stelling in deze kwestie sinds toenmalig voorzitter André Rouvoet van Zorgverzekeraars Nederland afstand nam van de tabakslobby door VNO-NCW. Aan TabakNee schreef hij in 2013: “Zorgverzekeraars ondersteunen tal van programma’s en acties tegen het roken. Lobby voor de tabaksindustrie (om antirookmaatregelen tegen te houden) vinden zij dan ook ongewenst. Zorgverzekeraars Nederland neemt dan ook nadrukkelijk afstand van de lijn van VNO-NCW op dit punt en zal dit standpunt ook overbrengen aan het bestuur van VNO-NCW.”
In hetzelfde jaar nam ook GGZ Nederland stelling tegen het lobbywerk van VNO-NCW voor de tabaksindustrie. Directeur Paul van Rooij schreef: “GGZ Nederland neemt daarom afstand van de lijn van VNO-NCW op dit punt en zal dat inbrengen bij VNO-NCW.”
NVZ reageert afwerend
Destijds spoorde ook de Nederlandse Vereniging voor Oncologie in een open brief toenmalig voorzitter van de NVZ Yvonne van Rooy aan “om in woord en daad de steun van de VNO-NCW aan de tabaksindustrie en public af te keuren”. Van Rooy hield publiekelijk echter de boot af en schreef in een brief aan Stichting Rookpreventie Jeugd het niet juist te vinden hierover “via de media standpunten te wisselen”.
Een woordvoerder van de NVZ reageert ook nu defensief. Hij laat weten: “De NVZ staat volledig achter de ambities van het Preventieakkoord en werkt aan rookvrije zorg: zestig procent van de ziekenhuizen is op dit moment rookvrij. In 2025 moeten alle ziekenhuizen rookvrij zijn en dat gaat ook gebeuren. Jaarlijks sterven 20.000 mensen aan de gevolgen van het roken. Dat is een serieus probleem. Ook in VNO-NCW-verband is dat in het verleden aangekaart en dit zullen wij onverminderd blijven uitdragen. De NVZ staat, samen met haar leden, voor een rookvrije generatie.” De praktijk laat evenwel zien dat de NVZ VNO-NCW geen strobreed in de weg legt.
Oproep aan ziekenhuisbestuurders
De standpunten van destijds hebben bij VNO-NCW niet tot veranderingen in haar handelen geleid. Medema roept zijn collega’s bij andere ziekenhuizen daarom op om nu publiekelijk hetzelfde standpunt als hij in te nemen. “Ik heb al gesproken met de NVZ om in ieder geval aan te geven dat ik er zo in zit. Ik denk dat het goed zou zijn als meer ziekenhuisbestuurders laten weten dat we het hier helemaal niet mee eens zijn. Als lid van VNO-NCW moeten we onze mening kenbaar maken. We moeten laten weten dat wij het juist een heel goed idee vinden om de prijs van tabak te verhogen en het Preventieakkoord zo snel mogelijk door te zetten. Dat we eigenlijk heel blij waren met het Preventieakkoord in zijn aanvankelijke staat en dat we last hebben van het feit dat het dan toch weer vertraagd wordt. Dat toch weer op het laatste moment dingen zijn aangepast, waardoor je al kunt inschatten dat uiteindelijk het bereiken van ons doel verder in de toekomst zal liggen.”
Dit is het eerste artikel in een serie over de tabakslobby van VNO-NCW.
Lees ook deel 2.