ABP is verslaafd aan tabaksaandelen
vrijdag 04 november 2016
Pensioenfonds ABP blijft halsstarrig vasthouden aan haar aandelen in de tabaksindustrie. Het fonds krijgt gelijk van gewetenloze financieel analisten, maar zou zich niet moeten blindstaren op financieel rendement alleen, maar zich meer moeten richten de zachte rendementen van haar handelen voor de samenleving.
Door Frits van Dam en Bas van Lier
OPINIE
Tabaksbedrijven zijn zulke stabiele winstmachines dat zelfs verantwoordelijke beleggers die uit tabaksaandelen waren gestapt, overwegen toch maar weer in te stappen. Recente winstcijfers van grote tabaksproducenten laten zien dat dalende verkopen en verloren rechtszaken de winsten niet aantasten. Tabaksfabrikanten weten bijvoorbeeld hogere marges te maskeren in combinatie met accijnsverhogingen. Doordat tabak een verslavend product is en vier grote tabaksproducenten de wereldmarkt domineren, komen ze weg met zulke verstopte prijsverhogingen.
Financieel analisten reageerden, zonder enige scrupule, jubelend. De zes miljoen doden die jaarlijks wereldwijd vallen als gevolg van tabaksgebruik wuiven zij lachend weg, net als de institutionele beleggers die vasthouden aan hun tabaksaandelen.
Het Nederlandse pensioenfonds ABP, met 2,8 miljoen deelnemers en een totaal belegd vermogen van 372 miljard euro (per 30 juni 2016) een van de grootste pensioenfondsen ter wereld, is zo’n koppige belegger. Het fonds belegt nog steeds voor ruim 1 miljard euro in de tabaksindustrie. Ondanks herhaalde oproepen – ook in het Nederlandse parlement – om de beleggingen in deze immorele industrie af te stoten, houdt ABP halsstarrig vast aan haar tabaksaandelen vanwege de rendementen die ermee worden behaald.
Verschillende pensioenfondsen besloten anders en stopten hun beleggingen in tabak, zoals Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW), PGGM, het Pensioenfonds Medisch Specialisten en het Pensioenfonds voor Huisartsen. Ook in het buitenland zijn, mede onder invloed van de Australische oncoloog Bronwyn King en haar stichting Tobacco Free Portfolios steeds meer pensioenfondsen uit de tabak gestapt.
Verlengstuk van de overheid
ABP is in dit verband een bijzonder geval. Het is het pensioenfonds voor overheids- en onderwijspersoneel en hoewel volledig zelfstandig, toch minstens moreel een verlengstuk van de overheid. ABP is per slot van rekening het pensioenfonds van de ambtenaren die het tabaksontmoedigingsbeleid in Nederland vormgeven en handhaven en van de onderwijzers die de nieuwe generaties opleiden en opvoeden voor de toekomst.
In een gesprek met ABP’s bestuursvoorzitter Corien Wortmann eerder dit jaar wees de Stichting Rookpreventie Jeugd er op dat beleggingen in tabaksfirma’s beleggingen zijn in een industrie die opzettelijk sterk verslavende producten maakt waar tenminste de helft van de gebruikers voortijdig dood aan gaat. Alleen in Nederland sterven jaarlijks 20.000 rokers aan de gevolgen van hun verslaving.
De reactie van de bestuursvoorzitter op de aangevoerde argumenten was verbijsterend.
‘U schetst heel goed een aantal van de dilemma’s van het roken en de tabaksindustrie en het is niet voor niets dat we het gesprek met u aangaan’, zei Wortmann. ‘Maar tegelijkertijd hebben wij te maken met de belangen van 2,8 miljoen deelnemers die rendement willen zien. Roken is legaal en of iemand besluit te roken of niet is een eigen keuze. Als de overheid roken zou verbieden, dan zouden we ook meteen stoppen met onze beleggingen. Maar ABP is een groot fonds en we hebben ook een andere verantwoordelijkheid jegens de mensen die hun geld bij ons beleggen.’
Achterstallig onderhoud
Longarts Wanda de Kanter, voorzitter van de Stichting Rookpreventie Jeugd vindt het onbegrijpelijk dat ABP in deze tijd blijft beleggen in tabak. Zij stelt dat ‘legaal’ niet hetzelfde is als moreel acceptabel. ‘We zijn met achterstallig onderhoud bezig’, zegt zij, ‘met het uitbannen van een achterhaalde industrie. Van vrije keuze is nauwelijks sprake omdat sigaretten opzettelijk sterk verslavend worden gemaakt. Sigaretten zijn ‘deadly by design’ zoals Stanford-professor Robert Proctor het noemt. We weten dat 90 procent van alle rokers voor zijn 18de begint met roken, in een periode waarin het brein nog niet is volgroeid en mensen nog geen volledig afgewogen beslissingen kunnen nemen.’
Juist daarom is het extra schrijnend dat de pensioengelden van leraren belegd worden in de tabaksindustrie. Leraren die zich inspannen voor de toekomst van de jeugd, werken zo ongewild mee aan het in stand houden van een industrie die kinderen en jongeren aanduidt als ‘replacement smokers’, de vervangers voor de rokers die zijn gestorven aan hun verslaving of gestopt zijn. Daarbij komt dat de leraren en andere deelnemers geen keuze hebben, ze zijn immers verplicht verzekerd bij dit pensioenfonds.
Save the Children
Een saillant gegeven in dit verhaal is dat Corien Wortmann behalve bestuursvoorzitter van ABP ook voorzitter is van de Raad van Toezicht van Save the Children in Nederland. Deze stichting ‘redt wereldwijd de levens, de dromen en de toekomst van kinderen met medische zorg, onderwijs en betere leefomstandigheden.’ Wortmanns functie bij deze stichting zegt iets over haar betrokkenheid bij de toekomst van kinderen overal ter wereld.
Beide functies staan natuurlijk los van elkaar, maar ook in haar rol bij ABP heeft Wortmann een mogelijkheid om een belangrijke bijdrage te leveren aan de bescherming van kinderen en de verbetering van hun toekomst. De tabaksindustrie ontkent het naar buiten toe ten stelligste, maar doet er ondertussen alles aan om kinderen in de kwetsbare puberleeftijd aan het roken te krijgen. Niet alleen in Nederland – hier beginnen elke dag 100 kinderen met dagelijks roken – maar in toenemende mate ook in ontwikkelingslanden, waar de industrie nog veel minder in de weg wordt gelegd dan bij ons.
Met onder andere het geld van ABP heeft de tabaksindustrie de afgelopen jaren enorme investeringen gedaan in bijvoorbeeld Indonesië, waar de rookverslaving inmiddels epidemische vormen heeft aangenomen en waar de tabaksindustrie kinderen openlijk aanzet tot roken (zie TabakNee). Daar komt nog bij dat vele tienduizenden kinderen in Afrika en andere delen van de wereld worden uitgebuit op tabaksplantages, waar ze bovendien blootstaan aan ernstige nicotinevergiftiging. (zie TabakNee).
Steun aan lobby
De lobby van de tabaksindustrie is onder meer zo krachtig door de beleggingen van institutionele beleggers als ABP, die deze verderfelijke bedrijfstak in staat stellen hun uiterst geraffineerde marketingpraktijken toe te passen en uitputtende juridische procedures te voeren.
Het zou een invloedrijk teken van maatschappelijke verantwoordelijkheid en moreel besef zijn als ABP juist nu, in weerwil van de jubelende financieel analisten, bekend zou maken uit de tabak te stappen. Het zou laten zien dat verstandige en betrokken mensen zich niet alleen door financiële rendementen laten leiden, maar vooral door de zachte rendementen voor de samenleving op langere termijn.
Maar je kunt het ook harder formuleren: Wie belegt in tabak is in wezen medeplichtig aan moord.
Frits van Dam is secretaris van de Stichting Rookpreventie Jeugd en Bas van Lier is zelfstandig journalist