Tabaksindustrie ligt dwars bij openbaarmaking controlegegevens uitstoot sigaretten
maandag 18 maart 2019
De Stichting Rookpreventie Jeugd heeft met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) een procedure aanhangig gemaakt bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit om controlecijfers over de uitstoot van sigaretten in handen te krijgen. Zoals te verwachten ligt de tabaksindustrie dwars.
Door Frits van Dam
Tabaksfabrikanten moeten elke drie jaar opgeven hoeveel teer, nicotine en koolmonoxide (TNCO) in hun sigaretten zit en dat wordt vervolgens door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid (RIVM) gecontroleerd. Het RIVM stuurt de resultaten door naar de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Als de wettelijke normen worden overschreden, moet de NVWA in actie komen, dan moet zij handhaven.
De regels der meetkunst
Die wettelijke normen liggen ondubbelzinnig vast in de Tabaks- en rookwarenwet. Maximaal mag een sigaret 10 mg teer, 1 mg nicotine en 10 mg koolmonoxide uitstoten. Meer mag een roker aan gifstoffen volgens de wet niet binnenkrijgen.
Ook de wijze van meten ligt in de wet vast, de ISO-methode. Daar is veel over te doen, omdat deze meetmethode helemaal niet goed meet wat een roker binnenkrijgt. Als je de uitstoot van sigaretten meet volgens de regels der kunst, met een techniek die veel beter benadert hoe iemand rookt – de Canadian Intense-methode (CI) –, dan krijgt de gemiddelde roker vele malen meer teer, nicotine en koolmonoxide binnen dan volgens de wet mag.
Op die van één sigaret na, komen alle gemeten TNCO-waarden met de CI-methode boven de wettelijk vastgestelde maxima uit. Het RIVM concludeert dan ook dat de wettelijk voorgeschreven ISO-methode een onderschatting geeft van de hoeveelheden TNCO die een roker binnenkrijgt.
Binnen de lijntjes kleuren
Maar de vraag die hier voorligt is of ook met de ondeugdelijke ISO-methode de wettelijke normen overschreden worden. In welke mate kleuren de tabaksfabrikanten met de ISO-methode binnen de wettelijke lijntjes? Als je kijkt naar de gegevens die de tabaksfabrikanten zelf opgeven, is er geen enkele sigaret die de wettelijke normen overschrijdt. Je kan je afvragen of dat ook is wat het RIVM meet als zij de gegevens van de fabrikanten controleert.
Door Pauwels en anderen werd recent een artikel gepubliceerd in een gerenommeerd tijdschrift. Vijf van de zeven auteurs zijn als onderzoeker bij RIVM en NVWA in dienst, dezelfde overheidsinstituten die een centrale rol spelen bij de handhaving van de tabaksnormen. Zij hebben zonder twijfel gebruikgemaakt van dezelfde meetmethode die bij het RIVM gebruikt wordt om de TNCO-waarden van de fabrikanten te verifiëren.
In het artikel bespreken zij de testresultaten van een elftal sigaretten, waarbij ze de gegevens van de fabrikant controleerden. En wat blijkt, van de elf sigaretten die zij testten, overschrijden maar liefst zeven de maximumwaarden zoals die in de wet staan. De twee grootste zondaars, te weten Camel Filter en Gauloises Blondes Blue, overschreden de wettelijke normen zelfs met ruim 20 procent. Het gekke is dat je als consument nooit hoort dat die hoeveelheden overschreden worden en dat de NVWA vervolgens in actie komt. Hoe zit dat? Want de normen lijken hier toch duidelijk overschreden.
Wob-procedure
Al deze zaken maakten dat het de Stichting Rookpreventie Jeugd geëigend leek om bij de NVWA de controlecijfers van het RIVM op te vragen. Dat bleek onverwacht veel voeten in de aarde te hebben, maar na tien maanden, waarbij alle wettelijke termijnen overschreden werden, kregen we de uitslag. We mogen de controlecijfers inzien!
Uiteraard spartelt de tabaksindustrie tegen. Zij voert twee argumenten aan waarom openbaarmaking achterwege moet blijven: door openbaarmaking bestaat het risico dat er bedrijfs-en fabricagegegevens in de openbaarheid komen die vertrouwelijk aan de overheid zijn gegeven. Dat bezwaar werd verworpen door de NVWA, omdat hetzelfde type gegevens al eerder door de tabaksindustrie zelf gepubliceerd werd. Maar opvallender is het tweede argument van de tabaksindustrie, namelijk dat openbaarmaking zonder toelichting onbegrijpelijk is en ten onrechte de suggestie kan wekken dat enkele sigarettenmerken de maximale grens van de hoeveelheden TNCO overschrijden.
En, gaat de argumentatie van de tabaksindustrie verder, “het gevaar bestaat dat zonder de juiste (wetenschappelijke en juridische) achtergrond, de betreffende toepasselijke meetprocedures en de noodzakelijke nuances, het zeer waarschijnlijk is dat openbaarmaking van de informatie zal resulteren in een onvolledig en/of vertekend beeld van de bedrijfsvoering en dat kan resulteren in ongegronde beschuldigingen.” Maar ook dat argument werd door de NVWA verworpen, omdat zo stelt zij, de burger al uitgebreid door de Rijksoverheid geïnformeerd is over roken.
De tabaksindustrie heeft nog twee weken om in bezwaar te gaan, en ook kan de tabaksindustrie naar de rechter gaan om openbaarmaking te schorsen. Mijn voorspelling is dat ze dat zeker zullen doen.
Wordt vervolgd!
tags: CI-methode | ISO-methode | Wob-procedure | SRPJ | tnco | nvwa