Bij VNO-NCW aangesloten zorginstellingen zouden in opstand moeten komen tegen tabaksstandpunt werkgeversorganisatie
vrijdag 30 november 2018
OPINIE
Werkgeversorganisatie VNO-NCW, de meest invloedrijke tabakslobbyclub van Nederland, heeft verbolgen gereageerd op het uitsluiten van de tabaksindustrie bij het overleg voor het Nationaal Preventieakkoord. Maar meepraten over tabaksbeleid mag simpelweg niet, op grond van een internationaal anti-rookverdrag. De houding van VNO-NCW is helemaal opvallend gezien het grote aantal belangrijke zorg-brancheorganisaties die lid zijn van deze werkgeversorganisatie.
Door Frits van Dam
"Goede gezondheidszorg is van belang voor de kwaliteit van de samenleving en voor de productiviteit in ondernemingen," schreef longarts Wanda de Kanter in 2014 in een open brief aan werkgeversorganisatie VNO-NCW bij de aanstelling van de nieuwe voorzitter Hans de Boer. Dat geldt natuurlijk nog altijd. Ook is het recht op goede gezondheid een mensenrecht. Daar past een beleid bij dat tabak ontmoedigt, ook in het kader van de arbeidsproductiviteit en gezondheid van werknemers, betoogde de longarts. "U zou daarom maatregelen moeten steunen die het tabaksgebruik tegen gaan, zoals plain packaging, het reduceren van verkooppunten en het verhogen van de verkoopprijs door middel van accijnzen. Dat zijn allemaal maatregelen waarvan bewezen is dat het de jeugd van het roken kan afhouden.”
Schadelijk
De Kanter had in 2014 nog de hoop dat De Boer wél oog zou hebben voor de enorme schadelijke gevolgen van roken voor de samenleving. De toenmalige directeur van VNO-NCW Niek-Jan van Kesteren nam het in lobbygesprekken op het hoogste niveau altijd op voor zijn vriendjes van de tabaksindustrie, zoals ook bleek uit het artikel De laatste vriend van de sigaret in Vrij Nederland. De tabaksfabrikanten waren en zijn ook lid van het algemeen bestuur van VNO-NCW.
Verknocht aan de dodelijke industrie
Uit een reactie van VNO-NCW op het vorige week gepresenteerde Nationaal Preventieakkoord blijkt dat de werkgeversorganisatie nog altijd zeer verknocht is aan de dodelijke tabaksindustrie. Hans de Boer en Jacco Vonhof (voorzitter van MKB Nederland) hebben een brief aan staatssecretaris Blokhuis (VWS) en Wiebes (Economische Zaken) gestuurd waarin ze hekelen dat de industrie niet aanwezig mocht zijn bij de overlegrondes die aan het akkoord vooraf zijn gegaan en die hebben geleid tot een aantal stevige anti-rookmaatregelen zoals hierboven door Wanda de Kanter beschreven.
“Als beleid tot stand komt in overleg waarbij niet alle relevante organisaties betrokken worden, komen we niet tot effectief, proportioneel en uitvoerbaar beleid,” schrijft VNO-NCW. “Wij nemen ook waar dat de Europese Unie en de overgrote meerderheid van de EU-lidstaten nog wel met de tabaksindustrie, aanverwante sectoren en verkoopkanalen spreekt, hetgeen in Nederland verboden lijkt."
Waar dat uit zou moeten blijken, komen we niet te weten.
FCTC
VNO-NCW lijkt hier te vergeten dat Nederland net als de overige Europese lidstaten én de Unie het internationale antirookverdrag FCTC heeft ondertekend, waarin in artikel 5.3 staat dat de industrie op afstand gehouden moet worden bij anti-rookbeleid omdat ze ándere belangen dan volksgezondheid heeft. Andere Europese landen moeten dus ook aan dat verdrag voldoen en de deur voor de industrie dichthouden.
Vreemd
Het is vreemd dat VNO-NCW liever de tabaksbranche steunt dan dat ze de positieve gevolgen van anti-rookmaatregelen voor de burger (en dus de werknemer) centraal stelt. Op haar eigen website schrijft VNO-NCW dat goede gezondheidszorg van belang is “voor de kwaliteit van de samenleving en voor de productiviteit in ondernemingen". Ook stelt ze dat het zou helpen als er een omslag kan worden gemaakt “naar meer preventieve gezondheidszorg”.
“Er is geen enkel ander product op de markt dat een hoger ziekteverzuim, verlies aan arbeidsproductiviteit en vroegtijdig overlijden veroorzaakt dan tabak”, schreef Wanda de Kanter al in 2014 aan De Boer. “Roken is goed voor zo'n twintigduizend doden per jaar in Nederland. Ruim een kwart van de rokers overlijdt aan de gevolgen ervan vóór hun pensioen en kunnen dus niet meer deelnemen aan het arbeidsproces. Daarnaast is roken verantwoordelijk voor een zeer aanzienlijk ziekteverzuim. Rokers zijn anderhalf maal zo vaak en anderhalf maal zo lang ziek als niet- rokers. En zij verzuimen ook op een andere manier: ze nemen drie weken aan rookpauzes per jaar. Daarbij hebben zij veel vaker een slechtere conditie en last van chronische ziekten zoals hart- en longfalen. Dat blijkt allemaal uit onderzoek.”
Brancheorganisaties Zorg
De houding van VNO-NCW is helemaal opvallend gezien het grote aantal belangrijke brancheorganisaties dat afkomstig is uit de zorg die lid zijn van deze werkgeversorganisatie. Verschillende van hen lieten in al in 2013 als reactie op het hierboven aangehaalde Vrij Nederland-artikel weten faliekant tegen het tabakslobbybeleid van VNO-NCW te zijn omdat dit haaks staat op hun eigen beleid. Zo zei bijvoorbeeld André Rouvoet van Zorgverzekeraars Nederland tegen TabakNee: "Zorgverzekeraars ondersteunen tal van programma's en acties tegen het roken. Lobby voor tabaksindustrie (om anti-rookmaatregelen tegen te houden) vinden zij dan ook ongewenst. Zorgverzekeraars Nederland neemt daarom nadrukkelijk afstand van de lijn van VNO-NCW op dit punt en zal dit standpunt ook overbrengen aan het bestuur van VNO-NCW."
Actie
Het is dan ook niet goed te rijmen dat VNO-NCW anno 2018 enerzijds rustig doorgaat met lobbyen voor de tabaksbranche en tegelijkertijd op zegt te komen voor preventieve gezondheidszorg. Het is aan de brancheorganisaties in de zorg om hier actie op te ondernemen. Zorgverzekeraars Nederland heeft daar al een voorschot opgenomen in 2013, al heeft dat toen helaas niet veel geholpen. Maar de tijden zijn veranderd, dus hopelijk wil VNO-NCW nu wel luisteren.