Gisteren ging de rechtszaak verder van de anti-rookorganisatie Clean Air Nederland tegen de Nederlandse Staat. Doel: de rookruimtes in de horeca (en publieke gebouwen) moeten worden verboden omdat ook rookruimtes onder het rookverbod vallen.


Door de webredactie

In juni 2016 diende de eerste zitting voor de rechtbank, maar de eis van Clean Air Nederland (CAN) werd afgewezen. In de motivering van de rechtbank zag deze anti-rookorganisatie echter voldoende mogelijkheden om in beroep te gaan bij het gerechtshof. Gisterochtend vond het hoger beroep plaats in het Paleis van Justitie te Den Haag.

Waarom deze rechtszaak?


In een persverklaring legt CAN uit waarom ze naar de rechter is gestapt om rookruimtes te verbieden. Zij beroept zich op jurisprudentie. De Hoge Raad heeft op 10 oktober 2014 geoordeeld dat het rookverbod voor de gehele horeca geldt en dat er geen uitzonderingen gemaakt kunnen worden. Desondanks heeft het ministerie van Volksgezondheid een uitzondering gemaakt voor rookhokken. Dat is niet terecht, stelt CAN. Een rookhok in een horecagelegenheid is een onderdeel van die horecagelegenheid en valt daarom ook onder het rookverbod.



Burgers beschermen tegen tabaksrook


Uiteraard wil CAN ook burgers beschermen tegen de giftige en kankerverwekkende tabaksrook en ziet het afschaffen van rookruimtes als onderdeel van de rookvrije samenleving. “In deze missie moet 'niet-roken' de centrale norm worden om het goede voorbeeld te geven, niemand wil tenslotte dat kinderen gaan roken en verslaafd raken. Uitzonderingen zijn een sterke ondermijning van de 'niet-roken' norm en daarmee een ondermijning van het draagvlak voor het algemene rookverbod. Voor rookhokken kan dus geen uitzondering worden gemaakt.”

Rookhokken werken niet


CAN heeft nog meer argumenten. Zo doen rookruimtes afbreuk aan het door de overheid gevoerde rook-ontmoedigingsbeleid. Bovendien werken rookhokken niet, aldus het persbericht: “In horeca met een rookruimte blijkt dat ook buiten de rookruimte de lucht in bijna alle gevallen te hoge concentraties fijnstof en giftige kankerverwekkende rookdeeltjes bevatten. Rookruimtes zijn dus een substantieel gezondheidsrisico voor iedereen in de horecagelegenheid.”
Ten slotte wijst CAN op de oneerlijke concurrentie. “Voor horecaondernemers zonder mogelijkheid voor een rookruimte is het een vorm van oneerlijke concurrentie, ook blijkt dat kleine kroegen zonder rookruimte het roken daardoor eerder toestaan waardoor overlast en gezondheidsrisico's voor gasten toeneemt.”

Lees hier het hele persbericht van CAN.