line

Els Borst ging tabakslobby te lijf

dinsdag 11 februari 2014

De gisterenavond overleden oud-minister van Volksgezondheid Els Borst (81) streed met open vizier tegen tabak.

Door de webredactie

Toen Els Borst in 1994 aantrad als minister van Volksgezondheid, maakte ze van tabaksontmoediging direct een prioriteit. Juist omdat ze arts was. Kort na haar afstuderen in de jaren vijftig zag ze als coassistent in een ziekenhuis de gevolgen van het roken. In een interview met Trouw, 18 december 1999, zei ze: "Mijn eerste patiënt was een man met longkanker. De lijdensweg die hij doormaakte heeft diepe indruk op mij gemaakt. Hij vroeg me: 'Rookt u zelf?' Ik zei: 'Ja', maar dacht bij mezelf: dit is de laatste keer dat ik zo'n vraag met 'ja' beantwoord.'" Ze besloot nooit meer te roken.

Borst, tot haar dood gisterenavond minister van Staat, was tot 2002 minister van Volksgezondheid in de twee paarse kabinetten van Wim Kok. Tijdens Paars II was ze tevens vicepremier. Met grote inzet en moed weerstond ze de tabakslobby. Pas met Borst aan het roer kwam er beweging in de politiek die tot dan toe in de greep van de tabakslobby zat. Ze zorgde voor een heuse trendbreuk op haar ministerie. Vooral in haar tweede periode in de paarse regering ging ze frontaal in de aanval, schrijft Trouw-journalist Joop Bouma in zijn boek "Het rookgordijn".

Amice-brieven

"We gaan de sigaret uitroeien", vatte Borst eind 1999 haar missie samen. Ze vond dat de overheid veel eerder tegen het tabaksgebruik in actie had kunnen komen. Bouma schrijft: "Borst ziet de bedrijfstak liever gaan dan komen. Dit tot grote ergernis van haar ambtgenoot bij Economische Zaken, Annemarie Jorritsma (VVD). Geregeld bestookt Jorritsma, daartoe aangezet door de tabaksindustrie, haar collega met zogenoemde blauwe brieven, die alleen in het rechtstreekse verkeer tussen ministers worden gebruikt."

Die amice-brieven waren niet bepaald vriendelijk van aard. Ook de tabaksindustrie was niet blij met Borst op het tabaksbeleid. Zeker niet omdat ze geen blad voor de mond nam. "Iedere ondernemer heeft ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid", aldus Borst in Trouw eind 1999. "Ik zou me als sigarettenfabrikant echt unheimisch voelen om te midden van die baaierd aan kennis over de schadelijkheid van tabak iedere dag toch maar opgewekt weer die miljoenen sigaretten te produceren. Ik kan me daar moeilijk in verplaatsen. Het einde moet maar eens in zicht komen." Ook meende ze dat kinderen door de tabaksindustrie verleid worden om al jong te gaan roken. "Zolang wij in Nederland dit product niet verbieden, zal de tabaksindustrie er alles aan doen zoveel mogelijk om te zetten." De tabaksindustrie reageerde woedend, maar dat zou haar een zorg wezen.

En zo waren er talloze wapenfeiten. In 1996 werd preventie van het roken onder jongeren speerpunt van het tabaksontmoedigingsbeleid. In hetzelfde jaar scherpte ze de reclamecode voor tabak aan. Ze verhief haar stem tegen misleidende advertenties van de tabaksindustrie over het zogenaamd onschadelijk zijn van passief meeroken. Toen het Europese Hof van Justitie in Luxemburg in oktober 2000 het algemeen reclameverbod voor tabaksproducten van de Europese Unie onwettig verklaarde, kondigde Borst aan dat ze de richtlijn toch in Nederland wilde invoeren. Onder haar verantwoordelijkheid mochten tabakswaren niet meer aan jongeren onder de 16 worden verkocht.

Doorgaan, meisjes!

Ook na haar ministerschap bleef ze zich inzetten voor tabaksontmoediging. Zo zat ze in het Comité van Aanbeveling van de Stichting Rookpreventie Jeugd en droeg ze de website TabakNee een warm hart toe. "Ik heb geen moeite met de toon van de site", vertelde ze eens, "anders wordt er niet geluisterd."

Longarts Wanda de Kanter, voorzitter van Stichting Rookpreventie Jeugd, zal haar steun missen. "Els Borst was vaak aanwezig op congressen over tabakspreventie", aldus De Kanter. "Altijd met de duim omhoog voor ons: 'Doorgaan, meisjes!' Zelfs op het congres van D66 heeft ze zich nog uitgesproken over het voorkómen van tabaksverslaving." Maar ook op andere fronten is De Kanter haar dankbaar. "Het was fijn dat zij arts was. Een arts met empathie. Ze heeft haar nek ook uitgestoken voor euthanasie, wat juist bij longkanker en mesothelioom zo vaak aan de orde komt. Ze had aandacht voor de palliatieve zorg en patiëntenverenigingen: juist die zaken die wij ook zo belangrijk vinden, omdat ze bij longkanker beide zo nodig en actueel zijn. Daar heeft ze zich tot het laatste moment voor ingezet."

Borst maakte er geen geheim van dat ze weinig op had met het beleid van haar opvolgster minister Edith Schippers. Zij noemde Schippers eens "een echte werkgeversminister". We zullen Borst met haar relativerende humor zeer missen en betuigen onze deelneming aan haar familie.