Tabaksindustrie verhoogt bewust nicotine-opbrengst sigaret
dinsdag 28 januari 2014
Sigarettenfabrikanten veranderen hun sigaretten opzettelijk zodat de nicotine-opbrengst ervan hoger is. Mogelijk worden sigaretten daardoor verslavender. Amerikaans onderzoek toont aan dat de nicotineafgifte van sigaretten bij verschillende fabrikanten in de afgelopen 15 jaar met 15% is gestegen.
Door Bas van Lier
Tabaksproducenten beweren dat de hogere nicotine-opbrengst van hun sigaretten samenhangt met natuurlijke schommelingen in de tabaksplanten. Onderzoekers van het Massachusetts Department of Public Health toonden echter aan dat het nicotinegehalte van sigaretten tussen 1998 en 2012 relatief stabiel bleef op 12-14 mg per sigaret.
Ondertussen nam de nicotine-opbrenst wel toe, van het laagste niveau van 1,65 mg/sigaret in 1999 naar het hoogste niveau van 1,89 mg per sigaret in 2011. Dat is een toename van 15%. De verhouding tussen nicotineinhoud en -opbrengst laat dus een stijgende curve zien. Die stijging was te zien in sigarettenmerken van Philip Morris, R.J. Reynolds en Brown & Williamson. Merken van een vierde producent, Lorillard, vertoonden geen noemenswaardige stijging.
Sneller verslaafd
Onderzoeksleider Thomas Land vermoedt dat tabaksfabrikanten willens en wetens de nicotine-opbrengst van hun sigaretten hebben opgeschroefd om mensen sneller en meer verslaafd aan tabak te maken.
“Jongeren zouden daardoor gemakkelijker verslaafd kunnen raken aan sigaretten bij de eerste paar keren dat zij roken”, zo wordt Land geciteerd in The Boston Globe. Elke dag beginnen 3.800 Amerikaanse tieners aan hun eerste sigaret. Van hen raken er 1.000 verslaafd, volgens een rapport uit 2012 van Amerika’s Surgeon General.
Het aantal rokers onder de Amerikaanse bevolking als geheel is sinds 1965 meer dan gehalveerd (van 45% naar 18%). Onder jongeren gaat de afname de laatste jaren echter minder snel, wat dus zou kunnen samenhangen met aanpassingen in de sigaretten.
De vraag is echter of de relatie tussen de nicotine-opbrengst van sigaretten en de mate waarin een roker verslaafd raakt zo te leggen valt.
“Daar lijkt wel degelijk een biologische basis voor te zijn”, zegt farmacoloog Thomas Dorlo desgevraagd. “In proefdieren lijkt verslaving aan nicotine dosis-afhankelijk te zijn, maar wel met een niet-lineair verband, wat het moeilijk maakt deze observatie te extrapoleren naar de mens. Dit houdt in dat bij te hoge doseringen de negatieve effecten, die nicotine ook kan hebben, waarschijnlijk de overhand nemen en verslaving uiteindelijk toch tegengaan. Een EU-rapport hierover komt niet tot sluitende uitspraken bij de mens.”
Doelbewuste veranderingen
Gevraagd naar een nadere toelichting, schrijft Thomas Lund aan TabakNee:
“Onze gegevens zijn gebaseerd op informatie uit ‘rookmachines’ en kunnen daarom niets zeggen over de verslaving bij jongeren of volwassenen. Ook al geven deze gegevens dus geen informatie over mensen, ze suggereren wel in sterke mate dat er veranderingen zijn gemaakt in het ontwerp van sigaretten om ze efficiënter te maken (wanneer je tenminste kijkt naar de metingen in rookmachines). Van sommige veranderingen (bijvoorbeeld de toevoeging van een levulinezuur aan sigaretten) is aangetoond dat ze de nicotine-afgifte aan mensen verhogen.
“Onze aanname is dat deze nieuwe ‘ontwerp’-verandering een doel heeft. We weten niet hoe deze verandering tot stand is gebracht, maar het lijkt onwaarschijnlijk dat die toevallig is ontstaan. Onze zorg is dat de recente ontwerpaanpassing (hoe die ook moge werken) het jonge mensen makkelijker maakt om verslaafd te raken aan sigaretten. Die aanname is gebaseerd op logica, wat de reden is waarom we in ons persbericht hebben gezegd dat het jongeren ‘makkelijker zou kunnen maken’ om verslaafd te raken.”