Ministerie EZ neemt verplichting tot transparantie niet serieus genoeg
dinsdag 05 mei 2020
Uit nieuw vrijgegeven Wob-documenten van het ministerie van Economische Zaken blijkt dat werkgeversorganisatie VNO-NCW nog altijd een belangrijke tabaksvriend is. Ook is het vreemd dat deze documenten via een wob verkregen moesten worden en nog altijd niet volledig blijken te zijn. Het ministerie zou actief openheid van zaken moeten geven.
Door de webredactie
Een Wob-verzoek van vermoedelijk een medium dat onderzoek doet naar de tabaksindustrie, heeft ertoe geleid dat het ministerie van Economische Zaken en Klimaat documenten heeft vrijgegeven en op de website geplaatst waar de overheid openheid van zaken geeft over contacten met de tabaksindustrie.
Het is de bedoeling dat alle lagen van de overheid actief openheid van zaken geven. Zodra er contact met de industrie is geweest in de vorm van een e-mail, een brief of een telefoongesprek zou dat op de site van de Rijksoverheid geplaatst moeten worden. Dat doet de overheid sinds maart 2016.
Antirookverdrag FCTC
Al in 2005 heeft Nederland het internationale antirookverdrag FCTC geratificeerd waarin staat dat als er antirookbeleid wordt gemaakt, er geen contact met de tabaksindustrie mag zijn omdat zij andere belangen heeft dan de volksgezondheid. Ook staat erin dat als er desondanks toch contact is geweest, de overheid daar transparant over moet zijn. Nederland begon die bepaling in het verdrag pas te implementeren en uit te voeren nadat de Stichting Rookpreventie Jeugd een rechtszaak had aangespannen.
Het is daardoor opvallend dat een Wob-verzoek bij het ministerie van Economische Zaken (EZ) nog flink wat documenten oplevert die nog niet op de website waren geplaatst. De documenten voeren terug tot 2014. Dat betekent dat Economische Zaken het niet zo nauw neemt met het zelf actief vrijgegeven van contacten die er met de industrie zijn geweest.
‘Ben jij nog steeds aanspreekpunt?’
De nu vrijgegeven documenten zijn flink door elkaar gehusseld en bovendien niet doorzoekbaar gemaakt. Uit de meeste documenten blijkt ook dat er meer zou moeten zijn dat nog niet is vrijgegeven. Op 4 augustus 2016 schrijft de secretaris Consumentenbeleid van VNO-NCW, de werkgeversorganisatie die het sinds jaar en dag opneemt voor de tabaksindustrie en probeert antirookmaatregelen af te zwakken of tegen te houden, aan een ambtenaar: ‘We hebben zo’n 2 jaar geleden contact gehad over merkenrecht en plain packaging. Ben jij binnen EZ nog steeds aanspreekpunt op dit onderwerp?’ (zie pag. 38).
Plain packaging is het verplicht gestandaardiseerd verpakken van tabaksproducten, zodat tabaksfabrikanten geen reclame meer voor hun merk kunnen maken op de verpakking en daarmee tot roken kunnen verleiden. De industrie was daartegen en tabaksvriend VNO-NCW probeert het voor haar op te nemen.
‘X trekt nu het karretje’
Vier dagen later, op 8 augustus, volgt er een antwoord waarin de ambtenaar van EZ zegt dat een collega het heeft overgenomen. ‘Omdat X nu het karretje trekt stel ik voor dat zij contact met jou opneemt en dat jullie de kwestie die jij hieronder noemt, bespreken. Is dat een plan?’
Maar of X ooit contact heeft opgenomen met de VNO-NCW’er is onduidelijk. Er zit in deze stapel documenten niets dat op een vervolg lijkt. Ook zijn er geen gespreksverslagen terug te vinden. Mogelijk zit dat contact tussen eerder vrijgegeven documenten, wat alleen maar weer benadrukt dat het belangrijk is dat het ministerie de plicht tot openheid voortdurend serieus neemt. Alleen als de overheid volledig transparant is, kan de macht gecontroleerd worden.
Op 4 mei heeft TabakNee een aanvullend Wob-verzoek ingediend bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
tags: VNO-NCW | FCTC-verdrag | politiek | transparantie | tabakslobby