Wat is het internationale anti-lobbyverdrag FCTC nog waard in Den Haag?
vrijdag 02 november 2018
Uit onderzoek van de Onderzoeksredactie Tabak (ORT) blijkt dat het Philip Morris nog altijd lukt om in contact te komen met de overheid, terwijl die door het ondertekenen van het internationale anti-rookverdrag FCTC juist afstand zou moeten houden van de industrie. Volgende maand is Philip Morris echter gewoon aanwezig bij een exclusieve Nieuwspoort-lunch met ‘special guest’ Mark Rutte.
Door de webredactie
Op grond van het internationale anti-rooklobbyverdrag FCTC, dat Nederland in 2005 heeft ondertekend, moet de overheid haar contacten met de tabaksindustrie tot het strikt noodzakelijke minimum beperken. Het enige contact dat nog geoorloofd is gaat bijvoorbeeld over de praktische kanten van invoering van anti-rookmaatregelen.
Desalniettemin mag Philip Morris op 6 december als ‘Vriend van Nieuwspoort’ toch gewoon deelnemen aan een exclusieve lunch in het parlementaire perscentrum met premier Mark Rutte als speciale gast, schrijft de Onderzoeksredactie Tabak (ORT). Zo heeft Philip Morris dus geheel tegen het FCTC-verdrag in, een gouden kans om bij de hoogste regeringsbeambte te lobbyen.
Nog lang niet genoeg
Het onderzoek van ORT laat zien dat de Nederlandse regering nog lang niet genoeg doet om het FCTC-verdrag te eerbiedigen en te implementeren. Eerder dit jaar wist Philip Morris ook bij de One Young World conferentie een standje te bemannen en reclame te maken voor haar product de IQOS. “Premier Rutte kwam langs, ministeries en gemeenten stuurden afgevaardigden. Die zaten zij aan zij met een twaalfkoppige delegatie van Philip Morris,” schrijft ORT.
FCTC Overtreding
Vrij Nederland bracht het uitgebreide verhaal over deze overtreding: “Tijdens de One Young World conferentie waren ruim achttienhonderd ‘jonge talenten’ uit honderdnegentig landen er getuige van hoe koningin Máxima de opening verzorgde. Vervolgens discussieerden de aanwezigen onder leiding van een klein leger aan beroemdheden, onder wie drie Nobelprijswinnaars, over klimaatverandering, mensenrechten en volksgezondheid. Ook premier Rutte en de Haagse burgemeester Pauline Krikke waren aanwezig. En al die mensen liepen langs het kraampje van Philip Morris.”
Nog altijd ruim baan
In een opinie-artikel in Trouw zeggen hoofdredacteur van ORT Marcel Metze en hoofdredacteur van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde Lysette Cleyndert dat Nederland nog altijd te weinig doet om het door haar ondertekende FCTC-verdrag te respecteren. “In 2013 liet een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur (Wob) zien dat de tabakslobby nog altijd ruim baan had. Het ministerie van VWS kwam daarop in 2015 en 2016 met nadere richtlijnen voor alle overheden, ter ‘bescherming van het Nederlandse gezondheidsbeleid tegen commerciële belangen van de tabaksindustrie’.” Desondanks constateren Metze en Cleyndert dat het landelijke transparantieregister met tabakscontacten van de ministeries “een rommeltje” is en tekortschiet. “Vooral het ministerie van Financiën heeft veel contacten niet gemeld.”
Rommeltje
Ook het ministerie van Volksgezondheid maakt er een rommeltje van, zoals ook keer op keer blijkt uit de afleveringen in de serie De Transparantiefiles op TabakNee, waarin door dat ministerie vrijgegeven documenten worden geanalyseerd. Volgens Metze en Cleyndert ontbreekt het toezicht op de uitvoering van het antilobby-verdrag en zijn er ook geen sancties. “De industrie kan bezwaar maken tegen openbaarmaking van overheidscommunicatie als zij vindt dat sprake is van concurrentiegevoelige informatie. Het gevolg: een industrie die haar eigen toezicht manipuleert en een overdaad aan zwartgelakte passages.”
Openbaarheid is beste toezicht
“Het wordt tijd dat andere ondertekenende landen Nederland aanspreken,” stellen Metze en Cleyndert. “De Tweede Kamer kan aandringen op aanpassing van de Wob. Niet de tabaksindustrie, maar een onafhankelijke instantie moet beoordelen of documenten/passages zodanig bedrijfsgevoelige informatie bevatten dat ze geheim moeten blijven. Het beste toezicht blijft immers dat van de openbaarheid.”
Doelbewust het bos in
In de Telegraaf trekt de Leidse hoogleraar staats- en bestuursrecht Wim Voermans aan de bel over de Wob omdat burgers die een verzoek tot openbaarheid indienen doelbewust het bos in worden gestuurd. Informatieverzoeken zouden door ambtenaren ervaren worden als hinderlijke onderbreking van hun werkzaamheden. Voermans: “Ik maak mij daar zorgen over. De overheid moet eropuit zijn om informatie te geven. Alleen zo kunnen we vertrouwen hebben en houden.”
Een woordvoerder van Binnenlandse Zaken erkent in de Telegraaf dat “tempo en bereidwilligheid om mee te werken” niet bij iedere overheidsinstelling even groot zijn, maar wijst ook op een extra mogelijkheid om zwartgemaakte gegevens alsnog openbaar te krijgen. “Als het even kan sturen we gegevens, anders kan de rechter ons tijdens een rechtszaak verplichten dat alsnog te doen.”