Philip Morris gaat met Canadese longartsen samenwerken om nieuwe rookalternatieven te bedenken
vrijdag 27 juli 2018
Philip Morris heeft bekend gemaakt dat het een start-up van twee Canadese longartsen heeft gekocht om met hen nieuwe alternatieve rookmethoden te bedenken. Dr. Leon van den Toorn van de Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose (NVALT) bekijkt dat nieuws met argusogen.
Door de webredactie
Philip Morris International (PMI) heeft een nieuwe stap gezet om te proberen rokers verslaafd aan nicotine te houden, in plaats van te laten stoppen met roken. De Marlboro-fabrikant heeft bekend gemaakt Parallax, een start-up van de Canadese longartsen Noe Zamel en Arthur Slutsky, opgekocht te hebben. PMI in haar persbericht: “Parallax Development Corp. en Philip Morris International zullen samen gaan werken om innovaties te ontwikkelen binnen het alternatieve nicotine-afgifte-platform.”
Minder schadelijk
Hun doel is een product te ontwikkelen dat minder schadelijk voor de gezondheid is, zodat een op de drie van haar klanten (zo’n 40 miljoen mensen) “voor 2025 om zullen schakelen naar betere alternatieven.”
De Canadese longartsen zeggen in hetzelfde persbericht dat ze “als dokters en co-oprichters van Parallax geloven dat technologie en innovatie nodig zijn om levens te redden.”
De artsen zeggen dat ze nieuwe technieken willen gebruiken om meer mensen van het roken af te helpen door hen een minder schadelijke product aan te bieden.
Denkfout
De Canadese artsen maken een denkfout als het ligt aan Dr. Leon van den Toorn van de Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose (NVALT) en longarts Wanda de Kanter. Van den Toorn zegt tegen TabakNee: “Als NVALT zijn we stellig van mening dat het uitwerken van stoppen met roken interventies niet thuis hoort bij de tabaksindustrie. Immers, de tabaksverslaving is een ernstige verslaving en onderzoek daarnaar en behandeling daarvan horen thuis bij (verslavings) artsen, neurobiologen en wetenschappers.”
Ook wijst Van den Toorn op de voorgeschiedenis van de tabaksindustrie waarin het nemen van verantwoordelijkheid op het gebied van schadebeperking zeer onvoldoende is gebleken: “Een voorbeeld daarvan is het produceren van light sigaretten die uiteindelijk juist meer schadelijke stoffen blijken te bevatten, met als logisch gevolg dat de term ‘light’ inmiddels terecht niet meer gebruikt mag worden.”
Geen vertrouwen
Nieuwere producten lijken volgens Van den Toorn met name een manier te zijn om de nicotine-/ tabaksverslaving in stand te houden en zijn een opstap voor kinderen naar het vroeg starten met de sigaret. Hij heeft er dan ook geen vertrouwen in dat uit samenwerking tussen de longartsen en PMI een product zal komen dat daadwerkelijk bedoeld is om te stoppen met roken. Van den Toorn: “Er zijn in het geheel geen resultaten bekend over de veiligheid van deze nieuwe producten op lange termijn. De tabaksindustrie probeert al honderd jaar artsen voor hun karretje te spannen, vroeger in reclames, nu door middel van zogenaamd wetenschappelijk onderzoek. Een groot vertrouwen in samenwerking met de tabaksindustrie is er derhalve allerminst.”
Zonder inmenging
Inderdaad wezen auteurs Naomi Oreskes en Erik Conway in hun boek Merchants of Doubt al op die strategie van de industrie: door wetenschappers aan zich te binden die door hen gefinancierd onderzoek deden, lukte het hen om twijfel te zaaien over de gevaren van roken en op die manier anti-rookwetgeving tegen te houden of te vertragen.Van den Toorn spreekt namens de hele beroepsgroep. Niet voor niets schaarde De NVALT zich eerder al bij de aangifte tegen de tabaksindustrie.
Het is de NVALT uiteraard wel te doen om tabaksgebruik te ontmoedigen. “Met name onder de jongeren, door middel van uitgebreide voorlichting/campagnes, beperkende maatregelen zoals rookvrije omgevingen, en verhoging van de kosten van het roken van sigaretten, naast natuurlijk de stoppen met roken programma’s.” En zónder de inmenging van de tabaksindustrie.